Trumps invoertaksen – Een genuanceerde blik op een controversiële zet
- Steven Arrazola de Oñate
- 4 apr
- 4 minuten om te lezen

Gisteren, op 3 april 2025, kondigde Donald Trump een reeks nieuwe invoertaksen aan die de wereld in rep en roer hebben gebracht. Voor producten uit de Europese Unie (EU) betekent dit een heffing van 20%, terwijl landen als China met tarieven tot 34% worden geconfronteerd. De reacties zijn voorspelbaar fel: Europese journalisten en politici spreken van een “grote klap voor de wereldeconomie” en bestempelen Trump als dom, rancuneus en zelfs kleuterachtig. De verontwaardiging is groot, de spotlust nog groter. Maar is dit wel het hele verhaal? Ik denk dat de waarheid genuanceerder ligt, en dat verdient een eerlijke bespreking – iets wat ik in de huidige berichtgeving mis.
Laat ik beginnen met een disclaimer: ik ben geen Trump-fanboy, ook al word ik online soms zo genoemd. Ik heb geen “Make America Great Again”-petje in mijn kast liggen. Wel waardeer ik veel van wat Trump doet, omdat ik zie dat hij vaak pragmatisch handelt waar anderen vastzitten in ideologische dogma’s. Tegelijk snap ik dat Europa deze taksen zal voelen, en blij word ik daar niet van. Maar als we Trump enkel uitlachen en zijn beweegredenen negeren, missen we een kans om te begrijpen wat hier echt speelt. En dat is precies waar onze journalisten en zelfverklaarde “experts” volgens mij opnieuw de bal laten vallen.
Waarom doet Trump dit?
Trump presenteerde zijn beleid als “wederkerig”: de VS heffen de helft van de importtarieven die andere landen op Amerikaanse goederen toepassen. De EU zou volgens hem 39% heffen op Amerikaanse producten, wat de 20% taks op EU-goederen rechtvaardigt. Laten we dit checken. In 2024 importeerde de VS voor $605,8 miljard aan goederen uit de EU, terwijl de EU $370,2 miljard uit de VS haalde, volgens Amerikaanse data. Dat levert een handelstekort op van $235,6 miljard voor de VS (EU-cijfers tonen $214,5 miljard, maar het verschil blijft significant). Trump ziet dit als bewijs dat Amerika “geplunderd” wordt, een sentiment dat hij al jaren ventileert.
Klopt die 39%? Niet helemaal. Het gemiddelde EU-invoertarief op Amerikaanse goederen ligt rond de 2,5% tot 3%, met uitschieters zoals 10% op auto’s. Ter vergelijking: de VS hieven voorheen gemiddeld 2% tot 2,5% op EU-goederen, met uitzonderingen zoals 25% op staal sinds 2018. Trump rekent echter ook de EU-btw mee, die in veel landen rond de 20% schommelt. Dat is misleidend: btw geldt voor alle goederen, ook binnenlandse, en is geen handelstarief. Toch gebruikt hij dit om zijn “America First”-verhaal te staven. Het is opvallend dat we weinig kritiek hoorden toen de EU hogere tarieven hanteerde dan de VS. Als hoge tarieven zo schadelijk zijn, waarom werd de Europese Commissie daar dan niet harder op aangesproken?
Een eerste stap naar eerlijker handel?
Ik zie deze taksen niet als een einddoel, maar als een openingszet. Trump is een onderhandelaar, en dat bewijst hij opnieuw. Hij zei letterlijk dat de tarieven flexibel zijn: omlaag als landen meewerken, omhoog als ze terugslaan. Er zijn al signalen dat landen als Saudi-Arabië (10% tarief) en zelfs sommige EU-lidstaten nadenken over concessies. Trumps ultieme doel lijkt niet protectionisme op zich, maar een wereldhandel waarin de VS minder benadeeld wordt. Of je dat nu naïef of briljant vindt, het past bij zijn trackrecord.
Kijk naar zijn eerste termijn (2017-2021): ondanks alle doemvoorspellingen groeide de Amerikaanse economie gestaag, met een werkloosheid die in 2019 onder de 4% dook en een recordaantal banen in de industrie. Veel van die “America First”-maatregelen werden trouwens door Biden voortgezet, wat suggereert dat ze zo slecht nog niet waren. Nu al verhuizen bedrijven naar de VS, gelokt door Trumps beleid en de $2 biljoen aan investeringen die hij claimt te hebben binnengehaald sinds zijn herverkiezing.
De Europese pijn en hypocrisie
Toch kunnen we de Europese zorgen niet wegwuiven. Deze taksen raken ons hard. De autosector, die jaarlijks miljarden aan export naar de VS levert, krijgt een dreun met 25% heffingen op geïmporteerde wagens. Bedrijven als Volkswagen en Stellantis overwegen al productie te verplaatsen naar Amerika, wat banen hier kost. Tegelijk stijgen de prijzen voor Amerikaanse consumenten, wat Trumps eigen kiezers kan treffen.
Maar laten we ook naar onszelf kijken. Europa hanteert al decennia hogere gemiddelde invoertarieven dan de VS (5% vs. 3% in 2023, volgens WTO-data), en onze btw maakt Amerikaanse producten hier duurder. Waarom horen we zelden het hele verhaal over wat in de EU allemaal al met btw en invoertaksen wordt belast? In de VS is er geen btw, enkel een beperkte salestaks tussen de 4% en 9%, bepaald door de staten. Als we vrijhandel prediken, waarom accepteren we dan niet Trumps voorstel: schaf de importheffingen af en de VS volgt? In plaats daarvan dreigt de EU met vergeldingsmaatregelen, wat de handelsoorlog alleen maar escaleert.
De media en “experts” falen opnieuw
Wat me het meest stoort, is de eenzijdige berichtgeving. Journalisten en economen schilderen Trump af als een economische analfabeet, maar vergeten dat hun eigen voorspellingen vaak floppen. Neem de staalheffingen van 2018: experts voorspelden rampspoed, maar de VS creëerde 12.000 banen in de staalsector, terwijl de totale economische schade beperkt bleef. Ondertussen zwijgen diezelfde experts over de torenhoge energiekosten en bureaucratie die Europa zelf de das omdoen. Het lijkt erop dat velen met de sjiekste titels het minst begrijpen van hoe de wereld echt werkt, vastgeroest in een bubbel van eigen gelijk.
Ik pleit niet voor blind vertrouwen in Trump. Zijn beleid kan mislukken, vooral als de wereldhandel instort onder wederzijdse sancties. Maar hem dom noemen en uitlachen? Dat is te makkelijk. Hij dwingt ons om de spiegel voor te houden: willen we echt eerlijke handel, of alleen als het ons uitkomt? Misschien is dit het moment om te onderhandelen in plaats van te jammeren. Want tegen de tijd dat een recessie de VS treft, zou Europa – met energiekosten die zes keer hoger liggen en een overvloed aan incompetentie – al veel dieper kunnen zitten.
Steven Arrazola de Oñate
Democratie betekent dat de burger eerst volledig wordt voorgelicht, zoals hier door Steven. De burger kan dan meepuzzelen, naar een voorstel, dat democratisch draagkracht krijgt. Maar nee, men geeft voorkeur aan de eigen wijsheid. Die daarna "democratisch" geslikt moet worden, door het gepeupel.
Dit is nu eens 100% wat ik zou willen antwoorden aan iedereen die me er dagelijks op wijst wat voor rampspoed Trump allemaal over ons heen haalt. En de spotlust (wat een spot-on taalgebruik… bravo), via alle zenders weer in al die hoofdjes gepompt in élke nieuws- of praatshow. Heel mooi verwoord, heel compact, leesbaar, begrijpbaar, echt merci voor de zoveelste keer al. Es kijken hoe ik je een koffietje kan aanbieden. En hoe de vrienden ertoe krijgen dit effectief te lezen.